Instructie voor het inrichten van de DATEX-stremmingsmaatregel
Op deze pagina wordt stap voor stap toegelicht wat een wegbeheerder moet doen om een stremmingsmaatregel in Diego in te voeren.
In onderstaande figuur is het proces weergegeven om een DATEX stremmingsmaatregel toe te voegen aan een scenario zodat bij een volledige stremming en na het inschakelen van de stremmingsmaatregel, een DATEX bericht wordt uitgestuurd. Deze feed wordt binnenkort door het NDW als open data feed aangeboden.
Het proces is tweeledig:
- Configureren van een stremming: dit proces betreft de werkzaamheden van de Verkeerskundige die de stremming voorbereidt in Diego en in het NMS van de wegbeheerders.
- Het operationele proces voor het in- en uitschakelen van een stremming.
1. Proces voor het configureren van een stremming
1.1 Stremmingsschakeling toevoegen in scenario
De eerste stap om te komen tot een DATEX stremmingsmaatregel is het toevoegen van een stremmingsschakeling in het betreffende scenario. Er kan alleen een stremmingsmaatregel worden gegenereerd vanuit scenario’s van het type Calamiteit
, Werkzaamheden
, Evenement
of Weersomstandigheden
.
Ga naar het regelscenario waar de schakeling moet worden toegevoegd. Ga naar tabblad Schakelingen en voeg een nieuwe schakeling toe (Figuur 2).
Na het toevoegen van een nieuwe schakeling wordt het volgende tabblad geopend (zie Figuur 3).
Aan de linkerkant in bovenstaand scherm dienen de volgende velden ingevuld te worden:
Algemene gegevens:
- Naam
- Meldingsnummer wegwerkzaamheden: Er kan een link naar Melvin worden toegevoegd. Deze link is verplicht voor stremmingen bij werkzaamheden en evenementen. Er moet handmatig een link in Melvin worden opgezocht en ingevoerd. Daarna kan in Diego gecontroleerd worden of de juiste link is ingevoerd.
Specificaties:
- Type: Voor een stremmingsmaatregel geldt het type
basis
- Beschikbare capaciteit: Beschikbare capaciteit moet gelijk zijn aan
geheel gestremd
. Er wordt vooralsnog alleen stremmingsinformatie aan serviceproviders doorgegeven als de weg geheel gestremd is. - Impact: de betreffende stremming dient
hinder
ofernstige hinder
te veroorzaken
1.2 Stremmingswegvak intekenen
Het stremmingswegvak wordt ingetekend als oorzaakroute in de schakeling. Dit wegvak geeft aan waar de stremming is en moet goed afgebakend zijn, omdat deze wordt meegegeven in het DATEX bericht naar de serviceprovider. Hiermee kan de serviceprovider de locatie van de stremming goed beoordelen. Kwaliteit is hier van belang. Via de knop + nieuwe route
(Figuur 4) wordt een nieuw tabblad geopend (zie Figuur 5). Via de knop met puntjes naast de knop + nieuwe route
kan geswitched worden naar een puntlocatie of kan een oorzaakroute uit een andere schakeling worden gekopieerd.
Het stremmingswegvak kan ingetekend en opgeslagen worden via de knop selecteer route
. Voor nadere uitleg kan je klikken op het pijltje naast hoe het werkt
aan de linkerkant van het scherm.
Zie bijlage Richtlijn invoeren oorzaaklocatie bij stremmingen
voor verdere uitleg over het invoeren van een oorzaaklocatie bij verschillende type stremmingen.
1.3 In- en uitschakelvoorwaarden bepalen
Na het intekenen van de oorzaakroute worden de in- en uitschakelvoorwaarden ingevoerd (zie Figuur 3). Belangrijk is dat de stremmingsmaatregel alleen ingezet wordt als de volledige stremming zeker/geverifieerd is. Aanbevolen wordt daarom om de volgende tekst (of van vergelijkbare strekking) op te nemen:
-
Inschakelvoorwaarde
Er is een volledige stremming opgetreden
EN
De stremming is geverifieerd met een camera of door een inspectie ter plaatse -
Uitschakelvoorwaarde
De volledige stremming is voorbij
EN
Dit is geverifieerd met een camera of door een inspectie ter plaatse
1.4 DVM-service informeren aanmaken
Voeg een DVM-service toe, door binnen het tabblad nieuwe schakeling
(zie ook Figuur 3) op de knop nieuwe DVM-service
te klikken.
Het volgende tabblad wordt geopend:
In dit tabblad kan de gehele DVM service geconfigureerd worden. Het tabblad bestaat uit de volgende onderdelen:
- Algemeen: Hier vind je het systeem-gegenereerde ID, een herkenbare naam van de DVM-service, de eigenaar en de beschikbaarheid.
- Specificaties: De kenmerken van deze DVM-service.
- Routes: De oorzaaklocatie kan een route of een puntlocatie zijn. De oorzaaklocatie bevat een aanduiding op de kaart en een tekstuele omschrijving. De oorzaaklocatie bevat standaard dezelfde oorzaaklocatie(s) als de bovenliggende schakeling. Eventueel kan deze op dit niveau gewijzigd worden. Er kunnen eventueel omleidingen en toevoerroutes worden ingetekend.
- Randvoorwaarden: Een overzicht van de randvoorwaarden die aangeven of een DVM-service wel of niet moet worden geactiveerd. Een voorwaarde heeft betrekking op de periode, verkeerssituatie en/of de status van de infrastructuur.
- Wegbeheerder services: In een DVM-services kunnen één of meerdere wegbeheerder services worden gedefinieerd. In een wegbeheerder service kunnen één of meerdere maatregelen voorkomen. Een wegbeheerder service is een set van maatregelen die door één uitvoerder uitgevoerd wordt.
Specificaties
De DVM-service moet aan de volgende criteria voldoen, om er een DATEX-maatregel aan toe te voegen:
- Type: De DVM-service moet van het type
informeren
zijn. Het gaat immers om het informeren van weggebruikers over een stremming. - Schakelingstype: Vul hier
Basis
in. - Beschikbare capaciteit: Bij de opties voor
beschikbare capaciteit
moet in ieder gevalGeheel gestremd
aangeklikt zijn. - Oorzaak: De DVM-service heeft als oorzaaktype:
evenement
,ongeval
,weersomstandigheden
ofwerkzaamheden
, of een combinatie hiervan. Dit zijn de oorzaaktypes waarvoor stremmingsinformatie wordt uitgestuurd. Combinaties zijn mogelijk. - Impact: :
Hinder
ofernstige hinder
. - Doelgroep: In Diego is de mogelijkheid toegevoegd om voor een DVM-service één of meerdere doelgroepen toe te voegen. Het toevoegen van minimaal één doelgroep is verplicht om een DATEX stremmingsservice toe te kunnen voegen. Voor andere DVM-services is het niet verplicht.
Diego controleert automatisch of de DVM service aan de criteria voldoet voordat deze kan worden opgeslagen.
Er kan alleen een stremmingsmaatregel worden gegenereerd vanuit scenario’s van het type Calamiteit
, Wegwerkzaamheid
, Evenement
of Weersomstandigheden
. Dit wordt automatisch gecontroleerd in Diego.
Nieuwe DATEX-maatregel stremming
De DATEX stremmingsmaatregel wordt op dezelfde wijze toegevoegd als andere maatregelen. Via de drie puntjes kan gekozen worden voor het toevoegen van een nieuwe DATEX stremming (zie Figuur 8).
Let op
Deze knop is slechts beschikbaar als de instellingen zoals hierboven benoemd bij schakeling en DVM-service goed zijn ingevuld!
Na het toevoegen van de maatregel is geen verdere configuratie meer nodig. Alle informatie is op niveau van schakeling en DVM-service beschikbaar. Het resultaat is zichtbaar in de overzichten van de DVM-service en de schakelingen. In Figuur 9 hieronder is een voorbeeld weergegeven. De DATEX stremming is toegevoegd. De uitvoerder is NDW. De maatregelen wordt altijd automatisch uitgevoerd (zie type). De naam van de DATEX stremming wordt automatisch gecreëerd door Diego, maar kan handmatig, in het veld NMS id
, worden uitgebreid.
1.5 Invoer controleren
De invoer van de oorzaaklocaties en in- en uitschakelvoorwaarden kunnen in Diego niet automatisch worden gecontroleerd. Daarom is er specifieke goedkeuring van een collega nodig, voordat het scenario kan worden vrijgegeven. Dit is nodig omdat de kwaliteit van de oorzaaklocaties en in-/uitschakelvoorwaarden belangrijk zijn voor serviceproviders. De goedkeuring is gelijk aan het goedkeuringsproces dat al in Diego aanwezig is en verplicht voor scenario’s met een DATEX-stremmingsmaatregel. De persoon die moet goedkeuren, krijgt een mail met daarin een link naar het scenario dat moet worden beoordeeld. Dit moet dan op de volgende punten:
- Is de oorzaaklocatie in de DVM-service getekend volgens de richtlijn?
- Zijn de in- en uitschakelvoorwaarden conform de richtlijn?
1.6 DVM-service beschikbaar stellen
Op het moment dat het regelscenario in Diego is goedgekeurd in de vorige stap, dan wordt deze service beschikbaar gesteld als DVM Exchange service op de interface met het NMS. De DVM Exchange service wordt alleen gestuurd aan partners waar de service voor bedoeld is. Dus pas na goedkeuring komt de betreffende DVM-service beschikbaar op de DVM Echange interface van Diego en in het NMS van de wegbeheerders. De naam van de DVM Exchange service bestaat uit een automatisch door Diego gecreëerd deel en een optioneel zelf te in te vullen deel (zie paragraaf 1.4). Het automatisch gegenereerde deel bestaat uit de volgende velden:
- Uitvoerder van de service– in dit geval altijd
NDW
- Service-ID – uniek nummer van de DVM-service binnen Diego
- Scenario-Type – WIU/CAL/EVE/WER
- Locatie – Wegnaam – van - tot
- Servicetype – in dit geval
INF
1.7 DVM Exchange service integreren in NMS
De exacte wijze waarop de integratie in het NMS wordt uitgevoerd, is afhankelijk van het type NMS. Het is aan de wegbeheerder zelf om hier invulling aan te geven. Ook hier moet een aparte schakeling worden gecreëerd om de stremmingsmaatregel in onder te brengen (net zoals ingevoerd in Diego in stap 1.1).
- De schakeling moet activeren op het moment dat de stremming optreedt en is geverifieerd.
- De schakeling moet deactiveren als de stremming voorbij en geverifieerd is.
De schakeling wordt in het NMS gekoppeld aan eenzelfde oorzaaklocatie als ingevoerd in Diego. Hoe dit gebeurt verschilt per NMS. In de (nieuwe) schakeling wordt vervolgens de juiste DVM-Exchangeservice toegevoegd door deze te selecteren in de lijst met services. Op basis van het Service-ID in de naam kan deze eenvoudig worden vergeleken met de informatie in Diego.
2. Operationeel proces voor het in- en uitschakelen stremming
In dit onderdeel wordt toegelicht wat er van een wegverkeersleider wordt verwacht bij het doorgeven van stremmingsinformatie. Belangrijkste gegeven is dat de toegevoegde waarde van een verkeersleider op de kwaliteit van stremmingen groot is, omdat de verkeersleider bronnen heeft om te verifiëren wat de feitelijke situatie op straat is. Bronnen voor de verkeersleider zijn bijvoorbeeld:
- Personeel op straat, bijvoorbeeld een weginspecteur of een aannemer.
- Een camera op locatie.
- Een systeem met directe sensoren, zoals een tunnel of een verre lusdetectie.
2.1 Schakeling inschakelen vanuit NMS
- Verificatie van de stremmingssituatie De verkeersleider verifieert eerst de stremmingssituatie via de beschikbare middelen zoals observatiecamera’s of personeel op straat.
- Activeren van de DATEX stremmingsmaatregel De verkeersleider verifieert eerst de stremmingssituatie via de beschikbare middelen zoals observatiecamera’s of personeel op straat.
Bij een positieve verificatie activeert de verkeersleider de stremmingschakeling van de juiste wegvakken in het NMS. De volgende situaties worden onderscheiden:
- Weg met gescheiden rijbanen Activeer schakeling in de rijrichting van de stremming.
- Weg met niet gescheiden rijbanen Activeer de schakelingen in beide richtingen van de stremming.
- Kruispuntvlak Activeer schakelingen op alle takken van het kruispunt waar in geen enkele richting verkeer door kan rijden.
Nadat de schakeling met de stremmingsmaatregel is ingeschakeld wordt de informatie toegevoegd aan de situatieberichten-feed Tijdelijke verkeersmaatregelen – Afsluitingen. Deze feed wordt gepubliceerd zodat serviceprovider de data kan afnemen. De data worden alleen gepubliceerd als ze van voldoende kwaliteit is.
2.2 Schakeling uitschakelen vanuit NMS
Het uitschakelen van de stremmingmaatregel is net zo belangrijk als het inschakelen. De verkeersleider monitort de stremming via de beschikbare middelen. Zodra de stremming is opgeheven, moet de betreffende NMS-schakeling zo snel mogelijk worden gedeactiveerd.
Bijlagen
QRC Stremmingen
Toelichting op de DATEX stremmingsmaatregel
Download 'Toelichting op de DATEX stremmingsmaatregel'
Richtlijn invoeren oorzaaklocatie bij stremmingen
Download 'Richtlijn invoeren oorzaaklocatie bij stremmingen'